Begraafplaats
| Naam: | Begraafplaats Soerenseweg |
| Adres: | Soerenseweg 71 7314 JE Apeldoorn |
Zerkenlijst
| Id | Aand. | Personen | Omschrijving |
|---|---|---|---|
| 541943 | 01/0679 | - Elisabeth Augusta Roelfsema (1905-1973) - Engbertus Johannes Dirk Roelfsema (1903-1937) | E.J.D. Roelfsema was lid van de afdeling Apeldoorn der Koninklijke Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde |
| 541945 | 01/0680 | - Suzanna Cornelia van Heuven (1881-1962) - Johannesa Cornelis Peter Jacobus Vorster (1882-1955) | In leven huisarts en woonde aan de Deventerstraat 40 |
| 541947 | 01/0681 | - Hendrik Dirk Krouwel (1892-1963) - Petra Johanna Krouwel (1933-1939) - Wilhelmina Gerherdina Beker (1906-1968) | Hendrik Dirk was dierenarts en woonde aan de Regentesselaan 2 (pand is in 1968 gesloopt)de plek waar nu hoek Deventerstraat waar nu zorgzaam is. In de Erica's stond hij ook vermeld als voorzitter van de "Nederlandsche vereeniging tot bescherming van dieren". Later werd Krouwel directeur van het Gemeentelijk slachthuis en Keuringsdienst van vee en vlees. |
| 541951 | 01/0682 | - Angenita Pauline van de Graaf (1867-1958) - Johannes Willem Jacobus Verdonk (1860-1940) - Helena Maria Geertruida Govaars (1907-1989) - Catharina Jacoba Paulina Verdonk (1890-1967) - Cornelis Verdonk (1896-1988) | In het pand, met de koeienkop, Dorpstraat t.o. Raadhuisplein was de schoen- en leerhandel van J.W.J. Verdonk gevestigd |
| 749437 | 01/0683 | - Taeckje Plet (1862-1940) - Aart de Visser (1871-1939) | geen foto/zerk |
| 541967 | 01/0684 | - Wilhelmina Johanna Frickers (1898-1961) - Gerard Cornelis Wijma (1906-1994) - Aaltje Hoek (1870-1958) - Alida Adriana Holtslag (1912-2007) - Gerard Wijma (1872-1945) - Albert Hendrik Wijma (1902-1973) | Betreft een grafkelder met een boven ingang.
Op de steen staat vermeld dat Aaltje Wijma-Hoek geboren is op 15-08-1871 Vlgs. Gelders Archief moet dit zijn 15-08-1870 Gerard Wijma begon in 1897 op zeer kleine schaal met een houthandel. Aan de Oosterlaan in Zevenhuizen begon hij een houtzagerij en kistenfabriek. Het bedrijf maakte een enorme ontwikkeling door, die vooral te danken was aan de nieuwe energiebronnen, zoals stoommachines en electrische energie die de windmolens vervingen.Nadat aanvankelijk alleen inlands hout was gebruikt werden later ook tropische houtsoorten verwerkt die van alle delen van de wereld naar Apeldoorn kwamen.De zaak is later overgenomen en voortgezet door de zonen Ab en Gerard en daarna weer door hun zoons Coen en Gerard verplaatst naar Kampen. Bron Geheugen van Apeldoorn: Albert Wijma had in de tweede helft van de negentiende eeuw een houtbedrijfje in Friesland dat eikenhout leverde aan kleine scheepswerven in Noord-Holland, Friesland en Groningen. Het hout werd door hem zelf gehakt en met een tjalk bij zijn klanten afgeleverd. Omdat hij wist dat in de omgeving van het oude Loo, in de Soerense bossen, het door hem begeerde hout aanwezig was, besloot hij zijn bedrijf in Apeldoorn te vestigen en daar ook te gaan wonen. Zijn zoon Gerard zag een grote toekomst in het houtbedrijf en begon na enkele jaren voor zichzelf een kleine zagerij die hij in 1897 aan de Oosterlaan vestigde. Stoomhoutzagerij Oosterlaan stond op de gevel van het houten gebouw te lezen. Jaren later is de naam veranderd in Houthandel G.Wijma & Zn. met als directieleden Gerard, Ab (broers) en Coen (zoon van Ab) Wijma. Gerard Wijma had de wind mee. Het ging goed met de economie en de industrialisatie kwam op gang. Het verkeer in de Nederlandse havens werd gestimuleerd en daarmee ook de scheepsbouw en -reparatie. Wijma profiteerde van de centrale ligging in Nederland, dichtbij het Apeldoorns Kanaal en de Kroondomeinen, wat de productieplaats van zijn grondstof was. Rijkswaterstaat en de Spoorwegen waren belangrijke klanten. Wijma werd binnen en ver buiten Apeldoorn een begrip. Ongeveer driekwart eeuw was het bedrijf gezichtsbepalend voor de wijk Zevenhuizen en dan vooral het gedeelte dat later Welgelegen Noord zou worden. Naast de hoofdlocatie aan de Oosterlaan waren er in de naaste omgeving en langs het kanaal diverse opslagplaatsen, zogenaamde houtwallen. Stapels met lange dikke bomen, tijdelijk opgeslagen, werden aan- en afgesleept door de door paarden getrokken mallejans. Ze vormden ideale speelplekken voor de jeugd, al moest ze wel ongezien de toegang zien te passeren, want werfbaas van Zeist was de makkelijkste niet. Tal van mannen uit de wijk en de wijdere omtrek hebben bij Wijma de kost verdiend voor hun gezin. Dat Wijma zich in 75 jaar ontwikkeld had tot een miljoenenbedrijf van wereldformaat met vestigingen over de gehele wereld is aan veel mensen voorbij gegaan. Wijma stond nu eenmaal niet wekelijks op de reclamepagina in de krant. In de jaren zestig kreeg het bedrijf te maken met beperkingen. De bedrijfsgrond vormde geen aaneengesloten terrein en uitbreiding was op de bestaande locatie niet mogelijk door woningbouwplannen van de gemeente. Tevens werd het kanaal gesloten voor de scheepvaart. De groeiende internationale handel maakte het noodzakelijk om te kijken naar een vestigingsplaats met voldoende ruimte en geschikte verbindingen over water. De keus viel op Kampen waar een terrein beschikbaar was aan de pas aangelegde Haatlandhaven bij de IJssel. Op 1 mei 1972 startte de productie in Kampen en stopte die in Apeldoorn. Tot 1975 reden er nog personeelsbussen naar Kampen, waarna het doek viel voor de Apeldoornse vestiging. Nadat ook de karakteristieke kantoorvilla, geboorteplek en woonhuis van Ab, Gerard en Coen, verdween werden de terreinen van het bedrijf opgeslokt door de uitbreiding van Zevenhuizen. Leven in Z7 : Zuidbroek Zevenhuizen verdwijnen verschijnen / Gemeente Apeldoorn |
| 541981 | 01/0686 | - Aaltje Hollander (1881-1960) - Jacobus Cornelis Ittmann (1879-1937) | Uniek graftype, nalevend art deco. Veel bloemmotieven op stèle en hoekpaaltjes. Ittmann was kennelijk een plantenliefhebber’ Ittmann was exploitant van Hotel Ittmann te Nunspeet en Theehuis Uddelermeer |
| 541983 | 01/0687 | - Vrouwe Pauline Anne van Beresteijn (1854-1937) - Jan Lampe (1880-1943) - Wilhelmina Josepha Evers (1882-1967) | Aug. 2015 door vrijwilliger schoongemaakt en letters geschilderd |
| 541985 | 01/0688 | - Hermina Johanna Frantzmann van Viersen (1874-1929) - Johannes Theodorus Ingenhoven (1876-1951) | Ingenhoven was componist en dirigent. Onderstaande informatie van Wipikedia Hij werd geboren in een familie van begaafde amateurmusici. Zijn vader, een bakker, speelde hobo en viool en een oom speelde verdienstelijk saxofoon. Jan speelde al vroeg klarinet en zong in een koor. Al op vroege leeftijd was hij koordirigent in Breda en Dordrecht. In 1902-1903 studeerde hij harmonieleer en compositie bij Ludwig Felix Brandts Buys. Na zijn huwelijk in 1905 met Johanna Hermine Frantzmann vestigde hij zich op advies van Bernard Zweers in München. Hij studeerde daar verder bij Felix Mottl, die hem inwijdde in de muziek van Wagner. Ingenhoven was een propagandist van Nederlandse muziek. In München organiseerde hij in 1906 een 'Hollands muziekfeest' met werk van Alphons Diepenbrock, Johan Wagenaar, Carl Smulders en zichzelf. in 1907 deed hij in Berlijn hetzelfde, met werk van Anna Cramer, Kor Kuiler, Cornélie van Oosterzee en opnieuw Wagenaar en zichzelf. In de jaren 1906-1909 dirigeerde hij de Münchner Orchester Verein en het Philharmonisch Orchester. In 1909-1912 leidde hij de Münchner Madrigal Vereinigung, waarmee hij succesvolle tournees door Europa maakte. Ook werd hij in heel Europa regelmatig uitgenodigd voor gastdirecties, onder meer door het Residentie Orkest. Hij specialiseerde zich in de muziek van Mozart, maar introduceerde ook een baanbrekend werk als Debussy's Prélude à l'après-midi d'un faune in Nederland en werken van Diepenbrock in het buitenland. In zijn vroege jaren schreef Ingenhoven orkestwerken en kamermuziek in een laatromantische stijl die verwantschap vertoont met die van Franz Schmidt, Richard Strauss en Alexander Zemlinsky. Zijn koormuziek uit diezelfde periode is origineler. Uit zijn voorkeur voor ingewikkelde polyfonie blijkt invloed van zowel de renaissancemuziek als zijn tijdgenoot Max Reger. De jaren na 1915 bracht hij door in Zwitserland aan de Thunersee en in Parijs. De Franse muziek, vooral die van Debussy, had enige invloed op zijn stijl, vooral waar het de klankkleur betreft, maar toch toonde hij een sterk eigen karakter dat onder meer tot uiting komt in de vaak toegepaste polymetriek. Zijn werk keerde zich in toenemende mate af van de romantiek en vertoont een moderne 'objectieve' stijl met een doorzichtig klankbeeld. Na de dood van zijn echtgenote in 1929 heeft Ingenhoven nauwelijks meer gecomponeerd, al zijn enkele onvoltooide fragmenten uit de jaren veertig bewaard gebleven. In 1937 schonk hij zijn Zwitserse huis aan de Nederlandse Vereniging voor Hedendaagse Muziek. Hij woonde korte tijd in Darmstadt, maar vestigde zich eind jaren dertig weer in Nederland. Hij leidde een teruggetrokken bestaan op de Veluwe, waar hij in 1951, een dag na zijn 75e verjaardag, overleed. Ingenhovens kwaliteiten als dirigent werden zeer gewaardeerd. Vooral zijn optredens met het madrigaalkoor uit München oogstten veel succes. Hij kreeg ook aanbiedingen (die hij afsloeg) om chef-dirigent te worden. Toch ligt zijn betekenis voor de Nederlandse muziek vooral in zijn composities, die een eigen karakter vertonen. Collega-componisten als Matthijs Vermeulen, Willem Landré en Daniël Ruyneman uitten hun bewondering voor de originaliteit van Ingenhovens werk. Vermeulen noemde hem "een geniaal kunstenaar (...) die Schönberg overtreft in vele opzichten". Ruyneman, die een boekje over hem schreef, herkende impressionistische eigenschappen in de "subtiele lichtheid en de etsmatig aandoende lijnkruisingen" van zijn muziek. Ingenhoven zelf deed weinig aan de promotie van zijn composities. Zij werden tijdens zijn leven weinig uitgevoerd en na zijn dood helemaal niet meer. Ook nu staat slechts sporadisch iets van hem op de concertprogramma's. Ook opnamen van zijn werk zijn een zeldzaamheid.Toch beschouwen kenners hem als een van de getalenteerdste Nederlandse componisten uit de eerste helft van de twintigste eeuw. |
| 541987 | 01/0689 | - Ds. Joannes Cremer (1870-1939) | door vrijwilliger in aug. 2015 letters opnieuw geschilderd |
| 542123 | 01/0690 | - Berend van Bon (1869-1949) - Annachina Catharina van Wijk (1876-1945) | juli 2015 door vrijwilligers schoongemaakt en letters geschilderd Berend van Bon is voorloper van het verzorgingshuis "Casa Bonita"Loolaan 65 Hij kocht dit pand aan in 1927. Het was eerst een Hotel/Pension onder deze naam. Later werden welgestelde ouderen opgenomen die enigzinds hulp behoevend werden. In 1945 werd het pand verkocht. De nieuwe eigenaar nam alleen ouderen op. In 1954 werd de instelling een verpleeginrichting die ook CASA Bonita werd genoemd. In 1972 is er nieuwgebouwd aan de Anklaarseweg. Pand Loolaan is gesloopt en werden er appartementsgebouwen gebouwd. Casa Bonita betekent “mooi huis” |
| 542131 | 01/0692 | - Aaltje Lourens (1878-1941) - Gerke Henkes (1881-1966) - Livia Nocoline Lourens (1888-1963) | |
| 542135 | 01/0693 | - Adriaantje Henderika van der Ham (1858-1941) | |
| 542137 | 01/0694 | - Joseph Gilbert Stridiron (1863-1940) - Anna Maria van Stavel (1872-1951) | juli 2015 door vrijwilligers schoongemaakt en letters geschilderd |
| 749438 | 01/0695 | - Johan Christiaan Theodoor Marius (-1926) - Jacoba Hendrika de Laayer (-1941) | geen foto/zerk |
| 542140 | 01/0696 | - Bartholomeus Reijns (1855-1939) - Anna Geertruida van Westen (1868-1953) | |
| 542143 | 01/0697 | - Anna Catharina Kerlen (1864-1957) - Maria Agathe Meijer (1844-1929) | |
| 542148 | 01/0698 | - Frederik Antonie Thomese (1846-1930) - Aaltje Kortrijk (1844-1929) | |
| 542151 | 01/0699 | - Jiske Titia Jelgersma (1861-1940) | |
| 542153 | 01/0700 | - Johanna Berendina van den Beld (1885-1955) - Hendrika Krijt (1872-1955) - Teunis van den Beld (1874-1945) | |
| 542156 | 01/0701 | - Albert Johannes Kerkmeijer (1869-1951) - Arendina Maria Kluin (1859-1941) - Johanna Arendina Kerkmeijer (1894-1947) | is in dienst geweest als timmerman afd gebouwen van paleis het Loo |
| 542159 | 01/0702 | - Eimbert Kermeijer (1875-1957) - Johanna Maria Terwel (1872-1953) | juli 2015 door vrijwilligers schoongemaakt en letters geschilderd |
| 542162 | 01/0703 | - Gezinus Johannes Engelen (1875-1941) - Grietje de Waard (1876-1962) | |
| 542165 | 01/0704 | - Geertruida Kremer (1843-1928) - Johannes van Elburg (1833-1905) - Jan van Elburg (-1940) - Geesje van Elburg (1867-1941) | |
| 542169 | 01/0706 | - Susanna Johanna Hollenbach (1854-1926) | 2021 aug Letters gezwart door vrijwilligers |
| 542171 | 01/0707-0708 | - Jacobus Eikendal (1892-1969) - Kornelis Eikendal (1849-1925) - Everdina Jacoba Eikendal (1888-1971) - Wilhelmina Frederika Christina Elizabeth Waijenberg (1886-1972) - Gerritje Eikendal (1882-1963) - Johanna Sager (1852-1939) | Betreft een grafkelder met vooringang http://www.hjmwijers.nl/eike-reg.htm#IIIa Kornelis was winkelier en ijzerhandel en de zoon van Gerrit Berend die meestersmid, grof en hoefsmid was. In deze grafkelder met vooringang zijn bijgezet zoon Jacobus en zijn tweede vrouw W.F.C.E. Waijenberg ( eerste man van haar, Andries Veeneman, is bijgezet in de grafkelder 01/0113) . Maar ook de dochters Everdina Jacoba en Gerritje. Kornelis woonde Dorpstraat 59 hoek Hofstraat bij de toenmalige Kostersbrug. Zijn broer Anthonie ligt begraven 01/0113 |
| 542195 | 01/0709 | - Marie Constance Mollerus (1892-1963) | |
| 542194 | 01/0710 | - Geziena Johanna Gratama (1875-1963) - Lukas Prakke (1904-1925) - Marinus Prakke (1873-1934) | Marinus Prakke, geboren 1873 in Eibergen, was een zoon van een lederfabrikant. In 1903 begon Marinus met de fabricage van zgn. pickers. Pickers zijn de stootkussentjes die de spoelen in de weefmachines opvangen. In 1908 werd Marinus commissaris van de Tima tot 21 april 1934 en was van 24 mei 1909 tot 1 april 1911 directeur. Vanaf 1 juni 1925 trad als directeur de heer Herman Prakke aan, de zoon van Marinus. Marinus liet in 1925 een huis bouwen aan de Bosweg 103 voor zijn zoon Herman. Marinus zijn vrouw, G.J. Gratema, is lange tijd commissaris van het bedrijf geweest. Dit echtpaar is hier begraven bij hun zoon Lukas. Het vermoeden bestaat dat dit graf een keldergraf is met een boven ingang. 2023 augustus Steen schoongemaakt en letters gezwart door vriwilligers |
| 542196 | 01/0712 | - Jappe Alberts (1870-1925) | Jappe was gezagvoerder bij de Stoomvaart Maatschappij Nederland en woonde aan de 2e Beukenlaan 5. Hij was een telg van een Hinderloper kapiteinsgeslacht. Een zoon van Jappe was historicus en promoveerde tot doctor in de rechtswetenschappen op de Staten van Gelre en Zutphen tot 1459. |
| 542197 | 01/0713 | - Otto Hendrik Lamberty Nieuwenhuyzen (1844-1925) - Lydia Elisabeth Nortier (1868-1953) | Otto Hendrik Lamberty was oud directeur van de Glasfabriek Leerdam en Officier in de Orde van Oranje Nassau |
| 749439 | 01/0714 | - Cornelis Nicolaas Schoorel (-1900) | geen foto/zerk |
| 542201 | 01/0715 | - Martinus Adrianus Keller (1865-1924) - Johanna Diderika Kleinhoonte (1865-1943) | |
| 542204 | 01/0716 | - Johan Sander Louis van Vierssen Frantzmann (1875-1923) - Adrienne Frederique Wijckerheld Bisdom (1873-1935) | Vanaf 1915 was hij griffier van het kantongerecht in Apeldoorn en o.a. curator van het Gymnasium. Juni 2015 geschilderd door vrijwilligers |
| 542208 | 01/0717 | - Herman Matthijs Nicolaas Moorrees (1886-1936) - Johanna Jacoba de Haan (1856-1924) | |
| 542211 | 01/0718 | - Gerhardus Johannes Otto Doris Dikkers (1848-1931) - Johanna Louisa Frederika Sloos (1850-1925) | |
| 542243 | 01/0719 | - Gesina Uiterwijk (1837-1924) - Helena Maria Doeff (1885-1940) | |
| 749440 | 01/0720 | - Jan Robert de Vassij (1862-1924) - Cornelis Anthony de Vassij (1887-1941) - Susanne Philippine de Vassij (1885-1940) | mei 2015 steen door vrijwilligers weer zichtbaar gemaakt |
| 542234 | 01/0721 | - Derk Nijhof (1854-1932) - Johanna Cornelia Tiemens (1854-1924) | Aug 2015 Steen voorovergevallen. Door vrijwilligers omgedraaid en letters geschilderd |
| 542235 | 01/0722 | - Hero Schenk (1872-1923) - Arendina Hendrika Buitenhuis (1871-1933) | Mogelijk kan Hero Schenk in verband gebracht worden met de papierfabriek "De Halve Maan"van de firma K. Schenk en Zn., welke was gelegen aan het Apeldoorns kanaal bij de Koudhoornsluis. Het graf bezit een in voor deze tijd wat ouderwetse vormgeving en is voorzien van een klassieke stèle met timpaan, gedecoreerd met palmtakken, symbool van de overwinning. Grote bloemtrommel met bloemenkrans van blik. (2015 niet aanwezig) Juni 2015 geschilderd door vrijwilligers |
| 749441 | 01/0723 | - Leendert Boogerd (1848-1925) - Frans Johannis Boogerd (1851-1924) - Cornelia Lopse Hocke (1852-1935) | geen foto/zerk |
| 542239 | 01/0724 | - Alida Meester (-1957) - Anna Maria Johanna van Hoogstraten (1869-1939) - Egberta Hermina van Hoogstraten (1853-1928) | |
| 749442 | 01/0725 | - Helena Adriana van Omme (-1944) - Anne Elisabeth Wilhelmina Epke (1853-1923) | geen foto/zerk |
| 749443 | 01/0726 | - Joukje Lieftinck (1873-1931) - Ietje Kooistra (1861-1923) | Ietje Kooistra pedagoge en directrice van de Rijkskweekschool voor Onderwijzeressen, is geboren te Drachten op 8 januari 1861 en overleden te Apeldoorn op 25 augustus 1923. Zij was de dochter van Folkert Kooistra, schipper, en Ymkjen Pieters Keuning. Ietje Kooistra bleef ongehuwd. Haar betrokkenheid bij het meisjesonderwijs maakten Kooistra in 1896 tot de ideale directrice van de nieuwe Rijkskweekschool voor Onderwijzeressen in Apeldoorn. Via een strakke organisatie, veel aandacht voor de karaktervorming van het opgroeiende meisje - de leerlingen waren tussen 14 en 19 jaar - en het creëren van een 'vrouwelijke' pedagogische sfeer slaagde ze er in korte tijd in de school tot een succes te maken, met een uitstraling door het hele land. Binnen de vrouwenbeweging was zij een buitenbeentje omdat haar aandacht niet uitging naar de vrouw maar naar de vrouw in wording. Zij was haar tijd in veel opzichten vooruit. Gezien de enorme populariteit van haar werk kan zij worden beschouwd als de invloedrijkste Nederlandse pedagoog van omstreeks 1900. Met haar leven lijkt zij te hebben willen aantonen waartoe een vrouw intellectueel en professioneel in staat was, wanneer ze niet in beslag werd genomen door huwelijk en moederschap. De school droeg haar op handen. In 1914 zag zij zich gedwongen door ziekte haar funktie neer te leggen. Haar collega en huisgenote Joukje Lieftinck werd de nieuwe directrice. Apeldoorn eerde ter gedachtenis aan Ietje door een straat naar haar te vernoemen. |
| 542246 | 01/0727 | - Aaltjen ter Braake (1887-1958) - Johannes ter Braake (1863-1928) - Gezina Hondebrink (1862-1923) | |
| 542247 | 01/0729 | - Jacoba Hendrika Lucia Penning (1907-1922) - Jan Jacob Penning (1879-1934) - Jacoba van Zuijlen (1877-1944) | betreft een grafkelder met vooringang. Jan Jacob was ingenieur |
| 542248 | 01/0730 | - Johanna Helena Elisabeth Nortier (1864-1921) - Lydia Maria Elisabeth Beschero (1889-1957) - Hendrik Albertus Boymans (1866-1922) | |
| 542249 | 01/0731 | - Jenetta Adriana Bosman (1905-1921) | Steen door vrijwilligers schoongemaakt en letters geschilderd aug 2015 |
| 542250 | 01/0731 | - Elisabeth Christine Bosman (1901-1990) - Elisabeth Christina Mohr (1873-1944) | Augustus 2015 door vrijwilliger gerestaureerd. |
| 749444 | 01/0732 | - Dina Adriana Nachtglas Versteeg (-1923) | geen foto/zerk |
| 749445 | 01/0733 | - Cornelia Petronella Plemp (-1924) | geen foto/zerk ligt voorover(2013) |